De ontwikkelingsland-kaart kent drie niveaus.

Het bovenste niveau ‘Leiderschap’, waarin het formuleren van visie/missie/doelstellingen/houding & gedrag centraal staan. Waar wil het management zijn over een bepaalde periode en wat vragen zij dan van alle medewerkers?
Ziet het management de visie als een DROOM? Zien zij hun missie als een OPGAVE? Beschouwen zij doelen als een KUNST? Begrijpen zij dat HOUDING & GEDRAG van de medewerker het verschil maken?

Het middelste niveau ‘Samenwerken & Communiceren’. Wij begeleiden teambuildingsdagen, waar wij inzetten op:
– ontwikkelen van TEAMGEEST, KRACHT, CULTUUR, SAMENWERKEN en ECHT COMMUNICEREN
– met elkaar focussen op de organisatie WAARDEN
– het op tafel krijgen van ‘Het Gedoe’ binnen de organisatie. Wij doorlopen het proces van het inzichtelijk maken van het gedoe, het bespreekbaar maken en het in gezamenlijkheid oplossen van het gedoe, op een manier die voor alle betrokkenen acceptabel is.

Het onderste niveau ‘Persoonlijke Ontwikkeling’ heeft betrekking de persoonlijke groei van de medewerker. Naast vakgerichte opleidingen is persoonlijke ontwikkeling óók belangrijk voor de groei van de medewerker (leidinggevende is ook medewerker).
(Team/conflict/individuele) coaching en supervisie kunnen hiervoor ingezet worden.

Met de Ontwikkelingsland-kaart maakt de medewerker de reis van zijn werkbare leven. De reis vraagt de nodige voorbereiding, vraagt een actieve deelname tijdens de (team) bijeenkomsten en vraagt commitment met de uitkomsten en in gang te zetten veranderingen.

Afhankelijk van de vraag van de opdrachtgever kan of een deel van de kaart bij het programma betrokken worden of de gehele kaart krijgt de aandacht. Het programma kan uit één of meerdere dagen bestaan. Indien de kaart onderdeel uit maakt van het programma wordt de kaart verder samen met de deelnemers ontwikkeld en wordt deze op vinyl gedrukt, zodat de kaart(en) ergens in de organisatie kan worden opgehangen. Dit geeft de deelnemers een blijvende herinnering aan het programma en biedt de mogelijkheid om gemaakte afspraken te blijven volgen op naleving en biedt natuurlijk gedrag van de betrokkenen om elkaar feedback te geven en te blijven focussen op de toekomst. De ontwikkelingsland-kaart draagt bij aan de borging van de veranderingen in de organisatie.

De reis die de medewerker maakt gaat van het verleden, via het heden naar de toekomst. De gewenste koers (visie/missie/doelen/doelstellingen/houding en gedrag) wordt door het (hoger) management vastgesteld en krijgt zijn plek op de Ontwikkelingsland-kaart. Dat wordt de stip op de horizon. Centraal op de Ontwikkelingsland-kaart staat de stad ‘Omdenken’. In deze stad vindt de transformatie plaats van ervaringen uit het verleden naar het gewenste einddoel. Dat gewenste einddoel kan op persoonsniveau liggen (ik), op het samenwerken en communiceren (wij) als op leiderschap (het).

Naast het gebruik van de ontwikkelingsland-kaart worden diverse theorieën, oefenvormen en actieve oefeningen gebruikt.